Öndög: weemoedige levenslust
door Michäel Van Remoortere
Dertien jaar nadat hij met Tuya's Marriage in Berlijn de Gouden Beer won, keert de Chinese regisseur Wang Quan'an (Weaving Girl, Apart together) met Öndög terug naar de Mongoolse steppe voor wat je een spirituele opvolger van zijn prijsbeest zou kunnen noemen. Opnieuw wordt de dynamiek van een driehoeksverhouding onderzocht, maar deze keer krijgt het geheel ook een mythologische onderstroom.
Een man en vrouw delen een sigaret bij een kampvuur in een ijskoude en schijnbaar eindeloos durende nacht. Zoals de geplogenheden van het leven en de cinema dat eisen, delen ze nadien ook het bed. Ze kennen elkaar niet en zullen na deze nacht elkaar waarschijnlijk ook nooit meer zien, maar voor de jongeman blijft het onvergetelijk. Al was het maar omwille van de trefzekere manier waarop de vrouw een wolf neerschiet wanneer deze het lijk dat zij in opdracht van de politie moest bewaken dreigt aan te vallen.
Er waart een geest door Öndög en die geest heet wolf. In een landschap dat zich bij uitstek leent tot magistrale composities is hij de bewaker van een mythologische oerdimensie. Het ogenschijnlijk eentonige leven van de vrouw, dat vooral bestaat uit het hoeden van haar schapen en koeien, zal na haar ontmoeting met deze wolf nooit meer hetzelfde zijn. Er wordt iets opengebroken, een nieuwe richting dient zich aan.
Wanneer de dader van de moord wordt opgepakt mag de man beschikken. In het mortuarium waar het dode lichaam belandt valt zijn oog echter op een knappe politiedame. Het blijkt in Mongolië niet ongebruikelijk een trekaccordeon te betrekken bij het verleidingsspel. En dat blijkt dan ook nog eens te werken. 's Nachts maakt het duo met de motor en in de toverachtige gloed van een lichtpistool een ritje over de steppe. De ochtend lijkt even ver verwijderd als de horizon, maar wanneer deze dan toch aanbreekt, stapt het meisje op de trein richting einder. Treinen hebben hier de neiging alleen te vertrekken en nooit aan te komen.
We keren terug naar de boerderij waar de vrouw algauw haar taken weer opneemt. Elk beeld van Öndög lijkt doorweven van een weemoedige levenslust. In dit centrum van nergens, waar zij de enige levende ziel is binnen een straal van honderd kilometer, is het bestaan nu eenmaal wat het is en vormen leven en dood nog een harmonieuze eenheid. Een schaap wordt geslacht, een kalf geboren. Regisseur Quan'an drenkt al deze gebeurtenissen in een tedere melancholie. Er valt troost te vinden in de onontkoombaarheid van deze cyclus.
Wanneer haar ex-man aan het einde van Öndög met een dinosaurusei op de proppen komt, vallen in dit portret van een landschap en zijn inwoners alle thematische puzzelstukjes op hun plaats. Wie nu juist op wie het meeste invloed heeft is daarbij niet zo duidelijk. Het leven is hier nu eenmaal wat het is. Gelukkig zijn er nog sigaretten die met de kracht van een lichtpistool het ondermaanse een nieuwe glans geven.